28 december 2018

Raad van State stelt IND in ongelijk in zaken bekeerlingen en LHBT-ers

Raad van State stelt IND in ongelijk in zaken bekeerlingen en LHBT-ers
Op 23 november heeft de Raad van State in ruim twintig zaken van bekeerlingen en LHBT-ers kritische uitspraken van rechtbanken bekrachtigd en de IND in het ongelijk gesteld.


In juli van dit jaar heeft de staatssecretaris een nieuw beoordelingskader voor asielaanvragen op grond van bekering of seksuele geaardheid aangekondigd. Deze aankondiging werd hoopvol ontvangen, omdat de IND dergelijke aanvragen minder vanuit een ‘westers’ perspectief zou beoordelen, meer gewicht zou worden toegekend aan verklaringen van derden en het beleid gebaseerd zou worden op een openbare werkinstructie in plaats van een intern informatiebericht.

In de praktijk bleven positieve beoordelingen van de IND echter achter. Ondanks het nieuwe toetsingskader en bijvoorbeeld ingebrachte verklaringen van derden (geloofsgemeenschappen, partners, onafhankelijke deskundigen) bleef de IND vasthouden aan eerder bevonden ongeloofwaardigheden, welke waren vastgesteld op basis van een beleid waarvan alle regeringsfracties en de staatssecretaris vonden dat dit aangepast moest worden.

Het nieuwe toetsingskader op zichzelf was in de ogen van de staatssecretaris ook niet zó vergaand dat het als ‘nieuw beleid’ geclassificeerd moest worden. Het zou slechts gaan om een andere manier van toetsen binnen het bestaande beleid. Het nieuwe kader op zichzelf was dus geen juridisch ‘novum’ , op grond waarvan een nieuwe aanvraag kon worden ingediend.

Tegen alle verwachtingen in heeft de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State op 23 november 2018 in ruim twintig zaken van bekeerlingen en LHBT-ers uitspraken gedaan waarin de IND terecht werd gewezen. In deze uitspraken worden eerdere kritische uitspraken van rechtbanken overeind gehouden, waarbij de IND expliciet wordt gewezen op gebreken zoals:

  • Niet gemotiveerd gereageerd op een rapport van Stichting Gave
  • Onvoldoende rekening gehouden met jonge leeftijd
  • Onvoldoende rekening gehouden met geloofsgroei en verdieping geloofsbeleving
  • Onvoldoende rekening gehouden met omstandigheid dat vreemdeling een ‘eenvoudige man’ is
  • Vooringenomen oordeel over hoe een bewustwordings- en acceptatieproces zou moeten verlopen
  • Stukken die een LHBT-relatie ondersteunen niet meegenomen
  • Onvoldoende rekening gehouden met zwakbegaafdheid en psychische gesteldheid

Deze uitspraken van de Raad van State geven hoop dat de IND alsnog op een wezenlijk andere manier moet kijken naar asielaanvragen op grond van ofwel bekering ofwel seksuele geaardheid.


Meer informatie:
Een zestal uitspraken van rechtbanken, die door de Raad van State in hoger beroep in stand werden gehouden:
Rechtbank Utrecht 28 november 2017 Irak, zaaknummer AWB 17-4111
Rechtbank Den Bosch 17 januari 2018 Afghanistan, zaaknummer AWB 17-11130
Rechtbank Zwolle 6 augustus 2018 Iran, zaaknummer NL18-11786
Rechtbank Arnhem 2 oktober 2017 Nigeria, zaaknummer NL17-15
Rechtbank Zwolle 19 oktober 2017 Iran, zaaknummer NL17-2407
Rechtbank Amsterdam 1 november 2017 Irak, zaaknummer NL17-3145

Lees ook:
19-07-18  Nieuw beoordelingskader bekering en seksuele geaardheid