06 januari 2017

Rechtbank Groningen: Algerije is geen veilig land

Rechtbank Groningen: Algerije is geen veilig land
Om asielprocedures versneld te kunnen afhandelen worden sommige landen van herkomst van asielzoekers door de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie als ‘veilig’ bestempeld. Voor Algerije heeft de Rechtbank Groningen onlangs bepaald dat die beoordeling onzorgvuldig was.

De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie heeft de afgelopen tijd voor een aanzienlijk aantal landen bepaald dat ze als ‘veilig land van herkomst’ zijn aan te merken. Vluchtelingen uit ‘veilig’ bevonden landen kunnen door de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) sneller worden afgewezen; voor deze vreemdelingen geldt een zwaardere bewijslast om aan te tonen dat zij vanwege persoonlijke omstandigheden toch gevaar lopen. Bij sommige landen wordt wel een nuancering aangebracht met betrekking tot ‘uitzonderingsgroepen’ (veelal LHBTI’s, dat wil zeggen lesbiennes, homo’s, biseksuelen, transgenders en mensen met intersekse) of ‘groepen van bijzondere aandacht’ (zoals religieuze minderheden of personen die zich kritisch hebben uitgelaten over autoriteiten) voor wie het niet zonder meer veilig geacht wordt in die landen.

Het gevaar bestaat echter dat de staatssecretaris, in zijn streven asielprocedures te versnellen en asielzoekers te weren, bij het ‘veilig’ verklaren voorbij gaat aan de realiteit van de veiligheidssituatie in sommige landen. Uit een uitspraak van de Rechtbank Groningen van 19 december 2016 blijkt dat de staatssecretaris in het geval van Algerije inderdaad te snel is geweest met het ‘veilig’ verklaren.

De rechtbank overweegt dat voor de kwalificatie ‘veilig land van herkomst’ er sprake moet zijn van wetten die bescherming bieden tegen vluchtelingrechtelijke vervolging en mensenrechtenschendingen, en dat deze wetten ook daadwerkelijk moeten worden toegepast:

 
Daaruit [t.w. uit het onderzoek van de juridische en feitelijke situatie in het land, red.] moet blijken dat er in het desbetreffende land wet- en regelgeving is die vorenbedoelde vervolging en behandeling in strijd met artikel 3 van het EVRM verbiedt en die het voor de autoriteiten van dat land mogelijk maakt om hiertegen bescherming te bieden (de juridische situatie). Tevens moet daaruit blijken dat die wet- en regelgeving in de praktijk wordt toegepast en dat bescherming dus ook feitelijk wordt geboden, waarvoor ingevolge artikel 3.37f, tweede lid, van het Voorschrift Vreemdelingen 2000 onder meer de daadwerkelijke beschikbaarheid van een systeem van rechtsmiddelen relevant is (de feitelijke situatie).”
 
Over de juridische en feitelijke situatie overweegt de rechtbank [onderstreping door red.]:
 
Ten aanzien van de juridische situatie overweegt de rechtbank daartoe dat Algerije weliswaar partij is bij verschillende internationale verdragen, […], maar dat uit de door verweerder overgelegde informatie ook blijkt dat de Algerijnse wetgeving op relevante onderdelen niet voldoet aan de in die verdragen opgenomen standaarden. Zo is het bekeren van moslims een strafbaar feit en zijn homoseksuele handelingen verboden in Algerije. Ook zijn er veel wettelijke bepalingen die discriminerend zijn voor vrouwen en LHBTI's.
 
Ten aanzien van de feitelijke situatie overweegt de rechtbank dat, voor zover wet- en regelgeving om vervolging en behandeling in strijd met artikel 3 van het EVRM tegen te gaan en daartegen bescherming te bieden aanwezig is, uit de door verweerder gegeven onderbouwing blijkt dat deze wet- en regelgeving op belangrijke onderdelen in de praktijk niet wordt toegepast.”
 

Niet alleen is de rechtbank aldus van mening dat Algerije geen veilig land van herkomst is, de rechtbank ziet in deze constatering ook aanleiding om de ministeriële regeling (voor zover deze over Algerije gaat) onverbindend te verklaren; oftewel, de rechtbank oordeelt dat de regeling onder de gegeven omstandigheden niet kan worden tegengeworpen aan de vreemdeling. De afwijzing van de asielaanvraag was volgens de rechtbank onvoldoende gemotiveerd; de IND zal een nieuwe beslissing moeten nemen, met inachtneming van wat door de rechtbank in deze uitspraak is overwogen.
 

Meer informatie:
De uitspraak van de Rechtbank Groningen d.d. 16 december 2016 met nummer AWB 16/27140
De lijst met veilige landen van herkomst op de site Rijksoverheid.nl (zonder vermelding van uitzonderingsgroepen of groepen van bijzondere aandacht)
De brief van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie aan de Tweede Kamer d.d. 11 oktober 2016, waarin Algerije tot 'veilig land van herkomst' wordt verklaard.

Lees ook:
12-08-16  Raad van State vindt Libische stad Benghazi niet onveilig
18-07-16  COC: groot risico op onterechte afwijzingen LHBT-asielzoekers
04-07-16  UNHCR: Bagdad geen veilig verblijfsalternatief voor Irakezen
16-02-16  Lijst met veilige landen van herkomst uitgebreid