08 juli 2015

Raad van State eist onmogelijk bewijs

Raad van State eist onmogelijk bewijs
De eisen voor het aantonen van de Somalische nationaliteit worden door de Raad van State opnieuw aangescherpt. Nu zijn volgens de Raad van State nationaliteitsverklaringen onvoldoende om de afkomst van Somaliërs aan te tonen.

Op 11 juni jl. heeft de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State in een zaak van een Somalische asielzoeker geoordeeld dat een nationaliteitsverklaring van de Somalische ambassade in Brussel onvoldoende bewijs is van de herkomst van betrokkene. Letterlijk geeft de Raad van State aan:  “De door de Somalische ambassade afgegeven nationaliteitsverklaring toont slechts aan dat de vreemdeling de Somalische nationaliteit bezit. Daaruit kan echter niet worden afgeleid dat de vreemdeling tot aan haar vertrek naar Nederland in Somalië heeft verbleven. Reeds hierom is de overgelegde nationaliteitsverklaring geen nieuw gebleken feit.” De asielaanvraag van betrokkene mocht volgens de Raad van State dus door de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) afgewezen worden vanwege het ontbreken van nieuwe feiten en/of omstandigheden (zgn. 'nova').

De Raad van State gaat hiermee totaal voorbij aan de onmogelijkheid voor Somalische asielzoekers om met officiële documenten aan te tonen dat zij tot aan hun vertrek in Zuid- en/of Centraal-Somalië hebben verbleven. Somalië kent volgens het laatste Algemeen Ambtsbericht van het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken (d.d. 20 december 2014) namelijk nog altijd geen functionerende bevolkingsadministratie. Letterlijk staat in dit ambtsbericht:  "Ook in deze verslagperiode bestond er geen formele burgerlijke stand in Somalië (...) Vanaf 1991 werden inwoners niet meer centraal of lokaal geregistreerd en bestaande bevolkingsarchieven vernietigd. (...) Nederland accepteert geen enkel identiteitsdocument dat door de Somalische autoriteiten is uitgevaardigd" (paragraaf 1.3 Documenten, pag's 43-45). Kortom, het is dus onmogelijk om dit met officiële documenten aan te tonen!

De Raad van State negeert met deze uitspraak overigens ook het feit dat de nationaliteitsverklaring aantoont dat betrokkene uit Somalië komt en betrokkene juist bij terugkeer naar Somalië gevaar loopt. In die zin is het niet zozeer van belang waar betrokkene precies verbleef tot aan zijn vertrek naar Nederland, maar is veel belangrijker waarnaar de betrokkene moet terugkeren en of hij/zij daar gevaar loopt. Immers, artikel 3 van het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens verbiedt mensen terug te sturen naar een plaats waar ze risico lopen op foltering of een onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing.



Meer informatie:
De volledige tekst van de uitspraak van de Raad van State d.d. 11 juni 2015 met zaaknummer 201503740/1/V2

Aanvulling: opmerkelijk in dit verband is een recente uitspraak van de Raad van State van 15 juli 2015 over het aanpassen van een 'fictieve' geboortedatum 00-00 in de Gemeentelijke Basis Administratie van zeven leden van een gezin afkomstig uit Somalië. Het is gebruikelijk om 1 januari of 1 juli als geboortedatum in te vullen als er geen betrouwbare documenten beschikbaar zijn waaruit de juiste geboortedatum kan worden afgeleid. Op formele gronden ("het bewijs dat eenmaal in de GBA opgenomen gegevens onjuist zijn kan slechts worden geleverd door overlegging van de juiste brondocumenten") wilde de gemeente Schouwen-Duiveland kennelijk niet meewerken om de eenmaal foutief ingevoerde gegevens te verbeteren.
De Raad van State erkent met deze uitspraak impliciet dat in Somalië geen deugdelijke bevolkingsadministratie bestaat. 
Lees hier de tekst van deze uitspraak van de RvS d.d. 15 juli 2015 met zaaknummer 201409597/1/A3.

Lees ook:
23-12-14  Nieuw ambtsbericht Somalië uitgebracht
03-12-14  IND kent Somalische documenten ten onrechte geen waarde toe
10-10-14  Raad van State doet tegenstrijdige uitspraken over bewijswaarde paspoort

Dit bericht maakt deel uit van het Dossier Somalië