RB Arnhem: vertrouwenspersoon IND Armenië niet betrouwbaar
In zaken waar de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) meer specifieke informatie nodig heeft dan beschikbaar is in algemene ambtsberichten van het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft zij de mogelijkheid om een individueel ambtsbericht te laten opstellen. Deze individuele ambtsberichten gaan specifiek over de persoonlijke situatie van de betrokken vreemdeling. Het komt voor dat deze individuele ambtsberichten worden gebaseerd op de verklaringen van één bepaalde deskundige, een zogenaamde vertrouwenspersoon. Omdat de identiteit van deze vertrouwenspersoon meestal niet openbaar wordt gemaakt hangt veel af van de (vermeende) betrouwbaarheid van deze persoon.
Uit een uitspraak van de Rechtbank Arnhem van 17 januari 2014 blijkt dat deze betrouwbaarheid helaas niet altijd even vanzelfsprekend is. In deze zaak is gebruik gemaakt van een vertrouwenspersoon van wie de Rechtbank Roermond al in twee eerdere uitspraken de betrouwbaarheid in twijfel heeft getrokken. Op 11 juli 2011 heeft deze rechtbank ten aanzien van deze persoon het volgende overwogen: “Zonder nader onderzoek is niet uit te sluiten dat deze bron niet zo goed is ingevoerd als in het individueel ambtsbericht is vermeld, gelet op de omstandigheid dat de door hem vergaarde en weergegeven informatie reeds op enige niet zo bezwaarlijk te onderzoeken onderdelen afwijkt van de door eiseres [d.w.z. de asielzoekster] verstrekte verklaringen die afkomstig zijn uit twee verschillende, althans van elkaar onafhankelijke bronnen. Gelet hierop (...) dienen vraagtekens te worden geplaatst bij de opmerking in het individuele ambtsbericht dat de vertrouwenspersoon (…) een “ter zake goed ingevoerde bron” is, die juiste en betrouwbare informatie verstrekt.”
De IND heeft desgevraagd laten weten dat de vertrouwenspersoon in de zaak die was voorgelegd aan de Rechtbank Arnhem dezelfde persoon betreft als die uit de eerdere zaken. Dit betekent dat de rechtbank, en dus ook de IND, niet op voorhand van de betrouwbaarheid van deze vertrouwenspersoon uit kan gaan. Desondanks is in zaken van Armeense asielzoekers blijkbaar bij herhaling gebruikgemaakt van een vertrouwenspersoon waarvan de betrouwbaarheid niet vast staat. Sterker nog, zelfs nadat de Rechtbank Roermond deze kwestie boven tafel heeft gebracht is het gebruik van deze vertrouwenspersoon niet gestopt. In dit geval was het individuele ambtsbericht zelfs volledig gebaseerd op verklaringen van deze vertrouwenspersoon. “Dat betekent dat de betrouwbaarheid van het onderhavige ambtsbericht volledig afhankelijk is van de betrouwbaarheid van door de vertrouwenspersoon vergaarde informatie”, aldus de Rechtbank Arnhem, die dan ook in de zaak van 17 januari 2014 tot het oordeel komt dat er ook in deze zaak “concrete aanknopingspunten bestaan voor twijfel aan de juistheid van het in deze zaak uitgebrachte individuele ambtsbericht”. Daarom vernietigt de rechtbank het besluit van de IND om de asielaanvraag af te wijzen.
In andere Armeense zaken waarin gebruik is gemaakt van een individueel ambtsbericht is het dus van belang om de rechtbank te laten onderzoeken of de betreffende, onbetrouwbare vertrouwenspersoon hier ook bij betrokken was.
Meer informatie:
De uitspraak van de Rechtbank Arnhem van 17 januari 2014 met nr AWB 12/10200 (pdf-bestand, 5 pags)
De uitspraak van de Rechtbank Roermond van 11 juli 2011 met nr AWB 10/40365 (pdf-bestand, 7 pags)
Lees ook:
14-06-11 Taalanalyse IND onbruikbaar