18 november 2011

RB Den Haag: bijwonen van kerkdiensten beperken is daad van vervolging

De Rechtbank Den Haag heeft in de asielprocedure van een tot het Christendom bekeerde Iraniër uitgesproken dat een “beperking in het recht op het bijwonen van kerkdiensten is aan te merken als een daad van vervolging in de zin van het Vluchtelingenverdrag”.

De meervoudige kamer van de Haagse rechtbank heeft daarom de negatieve beslissing van de IND vernietigd. De rechtbank baseert het oordeel mede op een algemeen ambtsbericht over Iran van het ministerie van Buitenlandse Zaken (oktober 2010). Daarin is o.a. sprake van invallen in huiskerken en arrestaties van bekeerde christenen. Deze informatie ondersteunt volgens de rechtbank het betoog van de betrokken asielzoeker “dat het voor hem als bekeerde christen, vanwege het reële risico op ernstige repercussies van de zijde van de Iraanse overheid, zoals arrestatie, niet mogelijk is om zonder vrees in Iran deel te nemen aan formele erediensten in de particuliere of openbare sfeer”.

Volgens het genoemde ambtsbericht zouden bezoekers van huiskerken “in de regel in relatieve rust hun geloof kunnen belijden op voorwaarde dat men een laag profiel aanhoudt”. In diezelfde lijn reageerde minister Leers in een brief aan de Kamer gedateerd 19 september 2011 ook op het rapport ‘Huiskerken in de woestijn als verboden oasen’ van het Platform Christen Asielzoekers Iran.  Volgens de minister wordt “van personen die in het land van herkomst een minderheidsreligie aanhangen, zoals Iraanse (bekeerde) christenen, niet verlangd dat zij deze verborgen houden. (…) Dat de vreemdeling zich ten aanzien van het bekeren van anderen zal moeten beperken om onnodige risico’s te voorkomen, is geen onredelijke eis.”

Deze laatste stelling is echter strijdig met de beleidslijn die de afgelopen jaren is gevolgd. Al in 2000 heeft de Kamer een motie (Rouvoet & Van der Staaij 19637 nr 546 d.d. 7 nov 2000) aangenomen dat bekeerde moslims bij terugkeer naar Iran op dezelfde manier hun nieuwe geloof moeten kunnen belijden als de overige niet-moslims. 


Meer informatie:
De volledige uitspraak van de Rechtbank Den Haag d.d. 9 nov 2011 (pdf-bestand, 3 MB)
De brief van de minister voor Immigratie en Asiel d.d. 19 sept 2011 (pdf-bestand, 80 kB)
De reactie van het PCAI op de brief van minister Leers d.d. 6 okt 2011 (pdf-bestand, 100 kB)

De advocaat in deze zaak, mr Frans-Willem Verbaas, schreef een opinie-stuk in het Reformatorisch Dagblad d.d. 8 okt 2011, onder de kop "Minister Leers verkwanselt godsdienstvrijheid".


Zie ook:
28-04-11  Platform presenteert rapport over bekeerde Iraanse Christenen
08-07-10  Rechtbank Amsterdam: staat mag asielzoeker niet dwingen bekeringsactiviteiten te beperken
Aan laatstgenoemd bericht zijn in een voetnoot de tekst van artt 3 en 9 (over de vrijheid van godsdienst) van het EVRM toegevoegd.