24 november 2023

Raad van State: Staatssecretaris schendt informatieplicht vreemdelingenbewaring

Raad van State: Staatssecretaris schendt informatieplicht vreemdelingenbewaring
Een vreemdeling die in bewaring gesteld wordt moet daarover schriftelijk in een begrijpelijke taal worden geïnformeerd. Blijkens een recente uitspraak van de Raad van State is die informatieplicht geschonden.


Op 15 november 2023 sprak de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State uit, dat de werkwijze van de Staatssecretaris van Justitie & Veiligheid bij het in bewaring stellen van een vreemdeling niet voldeed aan de eisen van de informatieplicht die de Staatssecretaris heeft.*)

Deze informatieplicht is er omdat vreemdelingenbewaring voor de betrokkende ingrijpende gevolgen heeft. Aan de vreemdeling moet worden uitgelegd waarom hij in bewaring wordt gesteld, welke mogelijkheden er zijn om dat besluit aan te vechten en dat de vreemdeling daarbij recht heeft op kosteloze rechtsbijstand. Dit dient de Staatssecretaris onmiddellijk en schriftelijk te doen in een taal die de vreemdeling spreekt of verstaat. Volgens de Raad van State hoeft dit, in verband met de praktische uitvoerbaarheid, geen volledige vertaling te zijn van de maatregel van bewaring en de motivering daarvan. In dit geval had de Staatssecretaris echter geheel nagelaten de vreemdeling schriftelijk te informeren.  

Toch vond de Raad van State niet, dat deze schending van de informatieplicht tot de conclusie moest leiden dat de vreemdelingenbewaring onrechtmatig was, en daarom opgeheven zou moeten worden. De schending van de informatieplicht moet volgens de Raad van State worden afgewogen tegen het belang van de Staatssecretaris om een vreemdeling in bewaring te stellen. Omdat in dit geval de Staatssecretaris een advocaat heeft ingeschakeld, die vervolgens namens de vreemdeling beroep heeft aangetekend tegen de bewaringsmaatregel, is volgens de Raad van State niet gebleken dat betrokkene in zijn belangen is geschaad.  
 

Meer informatie:
De volledige tekst van de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State d.d. 15 november 2023 met zaaknummer 202301456/1/V3, ECLI:NL:RVS:2023:4180 (download pdf-bestand)

*) Artikel 9, vierde lid, van de Opvangrichtlijn (2013/33/EU d.d. 26 juni 2013) bepaalt dat asielzoekers die in bewaring worden gehouden, onmiddellijk schriftelijk, in een taal die zij verstaan of waarvan redelijkerwijs kan worden aangenomen dat zij deze verstaan, op de hoogte worden gebracht van de redenen van bewaring en van de in het nationale recht vastgestelde procedures om het bevel tot bewaring aan te vechten, alsook van de mogelijkheid om gratis rechtsbijstand en vertegenwoordiging aan te vragen.

Lees ook:
29-11-22  Europees Hof: rechtmatigheid van vreemdelingenbewaring altijd toetsen

Dossier Vreemdelingenbewaring in het Expertise centrum