26 april 2021

'Je voelt je een crimineel'

'Je voelt je een crimineel'
Een overheid die jou wantrouwt, die regeltjes rigide toepast en de menselijke maat vergeet: asieladvocaten publiceerden er eerder deze maand een bundel over, Edona kan er van meepraten. De getraumatiseerde Kosovaarse vroeg in Nederland asiel aan, kwam de liefde van haar leven tegen, verloor hem aan kanker en probeert nu al 11 jaar een verblijfsvergunning te verkrijgen. “Je voelt je een crimineel.”


Ze had corona en kon af en toe nauwelijks ademen. Toch ging de hoorzitting van de IND door. Drie uur lang. Vragen over allerlei details, Edona dacht soms dat haar hoofd zou barsten. Dan weer dit puntje, dan weer dat. “Ik ben een eerlijke vrouw”, zegt ze, “ik heb nog nooit iemand iets misdaan. Ik heb nog nooit ook maar een boete gehad. Maar ze doen alsof je liegt.” Met tranen in haar ogen: “Je voelt je een crimineel.”

Haar verhaal zou niet misstaan in de bundel die asieladvocaten eerder deze maand aanboden aan de Tweede Kamer en de Raad van State: ‘Ongehoord: onrecht in het vreemdelingenrecht’. De bundel toont hoe de Nederlandse overheid vreemdelingen regelmatig net zo slecht behandelt als de slachtoffers in de toeslagenaffaire.

Het eerste punt dat de samenstellers maken is dat migranten bij voorbaat worden weggezet als oplichters. Precies zoals Edona - kortweg Dona - ervaren heeft. Het tweede punt in de bundel is dat de overheid rigide vasthoudt aan regeltjes en maatregelen. Ook daarvan kan Dona meespreken.

We beginnen in 2010; het jaar dat Dona vlucht uit Kosovo en in Nederland asiel aanvraagt. In de oorlog in Kosovo is ze verkracht door Serviërs. Verkrachting is in die oorlog een veel gebruikt wapen door de Serviërs. Vrouwen worden daarna vaak met de nek aangekeken. Zo ook Dona. Ze heeft haar familie te schande gemaakt, zeggen haar broers. “Waarom pleeg je geen zelfmoord?”, vraagt er een. Ze terroriseren haar.

Ze houdt zich staande, met de moed der wanhoop. Bekeert zich tot het Christendom. Die overstap wordt haar nagedragen. Het geweld thuis neemt toe, niet af. Ze wordt geregeld in elkaar geslagen. Haar tweelingbroer, een militair, breekt haar kaak. Als ze op haar werk ook nog bedreigd wordt, breekt er iets. Ze vlucht.

Eenmaal in Nederland vertelt ze haar verhaal. Hoe moeilijk ook. Ze heeft posttraumatisch stresssyndroom. Maar de IND gelooft Dona niet en wijst haar aanvraag in 2012 af. “Ze dachten dat ik dit verzon.” Ze huilt. “Dat doet zoveel pijn.” Dona vecht de afwijzing aan en de rechtbank verklaart haar beroep gegrond. Een opsteker, zo vaak gebeurt dat niet.

De IND procedeert echter door. In 2013 beslist de Raad van State in het voordeel van de dienst. Dat gebeurt wél heel vaak. Niet voor niets is de bundel ‘Ongehoord: onrecht’ ook aangeboden aan de Raad van State. Want de kritiek is dat die veel te veel meegaat met de IND.

Intussen heeft Dona de liefde van haar leven ontmoet. Ylli: Kosovaar van herkomst en vanaf zijn 16de hier. Hij is gescheiden, heeft twee bijna volwassen dochters en werkt als lasser. Ze toont foto’s van een innig gelukkig koppel. Haar handen om zijn gezicht op de ene foto, zijn armen om haar middel op een andere. Ze verloven en stellen de trouwdatum vast op 20 november 2015.

Het noodlot slaat precies 4 dagen eerder toe. Omdat zwanger worden niet erg vlot, hebben beiden onderzoek laten doen. Daarbij is ook bloed geprikt. Ylli blijkt kanker te hebben, die is ook al uitgezaaid. Weg toekomstdromen. Ylli is niet meer te redden. Ze kunnen het amper geloven.

Maar in de maanden daarop openbaart de kanker zich in alle hevigheid. Dona verzorgt haar man, draagt hem op haar rug naar de douche om hem te wassen. Van de grote, sterke lasser is steeds minder over. Binnen 7 maanden is Ylli dood. “Het was onwerkelijk. Een slechte film. Het huis was ineens ook zo anders.”

Het huis, ja: hun woning. Lang kan ze er niet blijven. Ylli blijkt veel geld te hebben geleend: voor de verbouwing, voor de studie van zijn dochters, voor een autootje voor de ene, een vakantie voor de andere en zo verder. 45.000 euro. Het huis wordt verkocht om alle schulden af te lossen. Dona staat op straat. Zonder inkomsten.

En zonder verblijfsvergunning: de procedure om een vergunning te krijgen voor ‘verblijf bij partner’ is eerder gestrand op de regeltjes. Wie bij een partner hier wil verblijven, moet vóór overkomst, nog in het land van herkomst, een ‘machtiging voorlopig verblijf’ aanvragen. Dat heeft Dona niet gedaan. Ze kende Ylli toen nog niet immers.

Zo komt Dona bij Op ’t Stee in Emmen terecht, de opvang voor asielzoekers in nood die in 2018 overgaat naar INLIA. Zonder verblijfsvergunning, zonder inkomsten, haar ziel onder de arm, de foto’s van gelukkige tijden met Ylli in de telefoon. Pas een jaar na zijn overlijden lukt het haar om de draad weer op te pakken. Ze dient dan een aanvraag in om hier te mogen blijven op humanitaire gronden. Te laat vindt de IND, en wijst de aanvraag in 2017 af.

Het bezwaar, waarin de advocaat ook Dona’s medische toestand aanvoert, wordt ongegrond verklaard. Voor de IND is PTSS geen ernstige medische toestand. Ook al staat Dona onder intensieve behandeling. De advocaat legt zich er niet bij neer; er loopt een nieuwe procedure. Dona zelf durft ondertussen niet te hopen. “Het was beter geweest als ik was gestorven aan corona.” Ze is moe, op, ziet geen lichtpuntjes meer. Al heeft ze een goede advocaat en staat INLIA haar bij. “Goede, serieuze, mensen”, zegt ze.

INLIA geeft de moed niet op.

 



Dit verhaal is ook beschikbaar als artikel voor het kerkblad, in een langere en een kortere versie. Ga naar deze pagina om ze als Word-bestand te downloaden.

Enkele eerder verschenen kerkbladartikelen:
26-03-21  Kop d'r veur op z'n Burundees
26-02-21  Een aanwinst voor de maatschappij
26-01-21  Hoe een Amsterdams meisje staatloos werd

Lees ook:
16-04-21  Ongehoord onrecht: wantrouwende overheid berokkent vreemdelingen veel leed