04 december 2020

Rechtbanken vinden uitleg Kinderpardon door de IND te restrictief

In twee recente uitspraken geven rechtbanken aan dat de IND ten onrechte aanvragen voor het kinderpardon heeft afgewezen vanwege een te restrictieve uitleg van de regeling.


In een uitspraak van 21 september jl. geeft de Rechtbank Utrecht aan dat kinderen die zijn geboren nadat de asielprocedure reeds was afgerond, maar die sindsdien wel langer dan vijf jaar in Nederland verbleven, wel degelijk onder de Afsluitingsregeling Langdurig Verblijvende Kinderen (ALVK, ook wel kinderpardon genoemd) vallen. De IND had de aanvraag voor het kinderpardon afgewezen, omdat volgens haar kinderen die na afloop van de asielprocedure zijn geboren niet voldoen aan de voorwaarden van het kinderpardon. In paragraaf B9/6.5 van de Vreemdelingencirculaire staat bij voorwaarde 'b' van de ALVK :

De IND verleent een vergunning aan de vreemdeling:
b. die zelf, dan wel ten behoeve van wie, ten minste vijf jaar voor het bereiken van de leeftijd van 18 jaar een aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd heeft, dan wel is, ingediend bij de IND en na die aanvraag uiterlijk op de peildatum (29 januari 2019) ten minste vijf jaar in Nederland heeft verbleven;

En bij de toelichting hierop staat bij 'Ad b'.: 

De IND werpt niet tegen dat door of namens de vreemdeling geen asielaanvraag is ingediend als een ouder van de vreemdeling een asielaanvraag heeft ingediend en de vreemdeling na de start van de asielprocedure is geboren. 

Als de vreemdeling voldoet aan de voorwaarde genoemd in onderdeel c (niet langdurig onttrekken aan toezicht) én hij ten minste vijf jaar voor het bereiken van de leeftijd van 18 jaar een asielaanvraag heeft ingediend, neemt de IND aan dat de vreemdeling sinds dat moment ten minste vijf jaar in Nederland heeft verbleven tenzij één van de omstandigheden als neergelegd in paragraaf B1/6.2.1 Vc (verplaatsing hoofdverblijf) zich voordoet.

Volgens ​de IND dient hieruit opgemaakt te worden dat alleen kinderen die zijn geboren tijdens de asielprocedure voldoen aan de in de toelichting (bij 'Ad b.') genoemde uitzondering. Kinderen die na afloop van de asielprocedure zijn geboren, vallen volgens de IND dus niet onder het kinderpardon. De Rechtbank Utrecht geeft aan dat deze lezing van de IND niet uit de toelichting bij voorwaarde 'b' kan worden opgemaakt. Kinderen die zijn geboren nadat de asielprocedure van de ouders was afgerond en die sindsdien langer dan vijf jaar als minderjarige in Nederland hebben verbleven, vallen volgens de rechtbank dus wel degelijk onder het huidige kinderpardon.  

Verjaring
In een uitspraak van 5 november jl. geeft de Rechtbank Middelburg aan dat de IND ten onrechte een aanvraag voor het kinderpardon heeft afgewezen, omdat de vader van twee kinderen zich voor hun geboorte, meer dan tien jaar geleden, schuldig had gemaakt aan een tweetal strafbare feiten. Volgens de rechtbank staat in de Vreemdelingencirculaire over het huidige kinderpardon (ALVK) dat in een dergelijk geval sprake is van verjaring, en dat dergelijke strafbare feiten niet meer tegengeworpen kunnen worden. De IND vond dat niet, maar beriep zich daarbij op beleid ten aanzien van strafbare feiten, dat op het huidige kinderpardon(/ALVK) helemaal niet van toepassing is. De rechtbank draagt de IND in deze zaak dan ook op om een nieuwe beslissing te nemen.



Meer informatie:
De uitspraak van de Rechtbank Utrecht van d.d. 21 september 2020 met zaaknummers AWB 20/133 en AWB 19/4335
De uitspraak van de Rechtbank Middelburg d.d. 5 november 2020 met zaaknummer AWB 20/761

Lees ook:
03-12-20  Nog eens 69 vreemdelingen kregen Kinderpardon