23 juli 2014

De feiten over de 'ontwrichtende' instroom van asielzoekers

Op 14 mei 2014 sloeg staatssecretaris Teeven in het televisieprogramma Eén op Eén groot alarm over de 'sterk toegenomen instroom' van asielzoekers. Recentelijk publiceerde het CBS de nuchtere feiten over de 'ontwrichtende' aantallen.

De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie maakte melding van de komst van 1.000 asielzoekers per week in april, merendeels Eritreërs, waar in februari en maart van 2014 de instroom redelijk stabiel op ruim 1.000 personen per maand lag. In het interviewprogramma werd door de staatssecretaris een angstbeeld neergezet van opvang in tentenkampen en gevangenissen voor een aantal asielzoekers, dat volgens de staatssecretaris zomaar op zou kunnen lopen tot "rond de 65.000 mensen" die asiel zouden aanvragen over geheel 2014. Saillant detail hierbij is overigens dat de staatssecretaris deze uitspraken op televisie deed voordat hij de Tweede Kamer hiervan op de hoogte had gebracht. Even later sprak premier Rutte zelfs al van een "instroom die de Nederlandse samenleving zou ontwrichten". 

Om een eventuele ontwrichting van de Nederlandse samenleving in een juister perspectief te plaatsen: in de huidige Syrische burgeroorlog worden in Libanon (een klein, dichtbevolkt land met ruim 4 miljoen inwoners) meer dan één miljoen vluchtelingen opgevangen, in Turkije 800.000 en in Jordanië 600.000. 

Inmiddels is meer duidelijk geworden over de feitelijke instroom en is gebleken dat er in april en mei inderdaad een piek in de instroom van asielzoekers te constateren was (resp. 2.664 en 3.438). Het totaal aantal eerste asielverzoeken in juni bedroeg 1.758, waarvan maar 203 afkomstig van Eritreërs (12%). Van een constante stijging van het aantal Eritreese asielzoekers is dus geenszins sprake. 

Uit de cijfers die onder andere door het CBS op 22 juli 2014 zijn gepubliceerd blijkt wel dat er een algemene stijging in de instroom van asielzoekers plaatsvindt (7.890 in het tweede kwartaal van 2014 ten opzichte van 2.985 in het tweede kwartaal van 2013). Een stijging die gezien het huidige aantal conflictgebieden in de wereld niet buiten de lijn der verwachting ligt; het grootste aantal asielzoekers komt bijvoorbeeld op dit moment uit Syrië (51% van alle asielzoekers in juni 2014, en gemiddeld 27% van alle asielzoekers over de afgelopen twaalf maanden). Maar met deze aantallen per maand (ruim 12.000 in de eerste zes maanden van 2014) is het zonneklaar dat het totaal aan het eind van dit jaar lang niet in de buurt van de door de staatssecretaris genoemde 65.000 zal uitkomen.

Het CBS noemt overigens in haar artikel: "Hoewel asielstromen vrijwel altijd samenhangen met instabiele politieke situaties, speelt ook beleid in bestemmingslanden een belangrijke rol. Zo hield de ontwikkeling van het aantal asielzoekers uit Somalië en Irak in de periode 2008-2010 bijvoorbeeld mede verband met beleidswijzigingen, zoals de categoriale bescherming die toen tijdelijk in Nederland gold voor deze bevolkingsgroepen" . Dit vermeende argument van de aanzuigende werking welke van categoriaal beschermingsbeleid zou uitgaan is echter reeds lang geleden weerlegd door onderzoekers van het Centrum voor Migratierecht van de Radboud Universiteit Nijmegen. Ook laat bijvoorbeeld het toenmalige categoriale beschermingsbeleid voor Ivoorkust zien dat er destijds geen sprake was van grote aantallen asielaanvragen van Ivorianen.


Meer informatie:
Het artikel op de website van het CBS d.d. 22 juli 2014 over de toename van het aantal asielverzoeken 
De uitzending van Eén op Eén van 14 mei 2014 waarin staatssecretaris Teeven te gast was bij Sven Kockelmann (op de website van de NPO).

Lees ook:
31-03-11  Aanzuigende werking, of niet?
23-08-10  Categoriale beschermingsbeleid Somalië géén aanzuigende werking